Jacques van Rooijen Photography

portfolio

Einde van een tijdperk?

15 april 2015

Zelfs de meest fervente, doorgewinterde socialist kan onmogelijk blijven volhouden dat de revolutie op Cuba geslaagd is. Het Fidel experiment zal het nog wel even volhouden, maar de meeste Cubanen zijn het zat. Het Castro regiem legitimeert haar macht, ook na ruim vijftig jaar, vooral op ba-sis van gratis onderwijs en gezondheidszorg. In de jaren ’60 -’70 van de vorige eeuw kon je daar de sympathie mee winnen van linkse intellectuelen in vooral Europa. Maar de tijden zijn veranderd en Cuba heeft naast de verworvenheden van de revolutie nauwelijks een stap voorwaarts gemaakt. En Obama’s toenadering  zal niet meteen ‘ prosperity’ brengen. De gewone Cubaan moet dagelijks sappelen om zijn kostje bij elkaar te harken. Cuba kent nog steeds het systeem van voedselbonnen. Goed voor wat rijst, eieren, bakolie (100ml), bloem, suiker en groente. Een pakket te weinig om van te leven, te veel om aan dood te gaan. Het maandelijkse inkomen van gemiddeld 500 Cubaanse Peso’s gaat op aan vlees, zoetigheden en brood.
Cuba kent een gescheiden valuta systeem. De Peso Convertible (Cuc) voor de toerist en de Pe-so’s National voor de Cubaan. De Convertible heeft de waarde van 1 euro. Inmiddels mogen ook Cubanen hun Peso’s National wisselen voor de convertible tegen een koers van 25 peso’s. Zo kunnen ze ‘ luxe’ goederen kopen, die alleen in Cuc’s te verkrijgen zijn. Omgerekend verdienen Cubanen zo’n 20 tot 30 euro per maand. Daarom scharrelen en husselen de meeste Cubanen dagelijks nog wat extra dollars bij elkaar. Sigaren, parkeerwacht, fietstaxi, gids, restaurant en kamerverhuur.
Auto’s van toeristen krijgen spontaan een wasbeurt, bij de ‘poorten van de stad’ staan Cubanen klaar om je naar een Casa Particular te begeleiden, bagage vindt vanzelf haar weg van auto naar habitation, dit alles in de hoop op een kleine vergoeding. Daarvan profiteren de wat meer gewiekste Cubanen. De meeste moeten het stellen met datgene wat het regiem te bieden heeft.
Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Wie denkt dat Cuba geen verschillen kent, komt bedrogen uit. Een kleine groep welgestelden kan zich veel permitteren. De rijkdom mag dan niet zichtbaar zijn in de vorm van een dure bolide, binnenshuis blijken Europese standaards norm. Binnen kan je verdwalen in een labyrint van neo klassieke vertrekken. Vaak aangevuld met kits prullaria waar Frans Bauer jaloers op zou zijn. Vaak zijn dit de goed geconserveerde villa’s uit het koloniale verleden. Maar Cuba kent ook zijn nieuwe rijken. Inwoners met paspoort, die wel kunnen reizen. Hoe ze het Cuba in hebben gekregen is mij een raadsel, maar het staat er allemaal. Dubbeldeurs koel-kasten met ijsblokjes machine, prachtig betegelde vloeren, luxe ingerichte badkamers, volledig ingerichte keuken tot grillplaat aan toe. Dit in schril contrast met het golfplaten hok als keuken in Santa Clara. De Casa Particular eigenaren profiteren het meest van de relatieve economische vrij-heid die er sinds enkele jaren bestaat en varen er wel bij. Evenals het regiem dat een belasting heft op Casa Particular van $100 usd per kamer per maand plus 10% van de opbrengst.
Interessant is de opkomst van een nieuwe jonge generatie ondernemers. Zij beginnen met niets maar starten toch een Casa Particular, een klein restaurant, een coffee bar of klein IT bedrijfje. In Santiago de Cuba kreeg ik een business kaart van een IT ondernemer in mijn handen gedrukt. Blijkbaar nadat hij mijn op mijn laptop zag werken. Veelal intellectuelen die na hun studie nauwe-lijks een droge boterham kunnen verdienen. Zij durven de beperkte economische vrijheid uit te dagen en springen in een niche. De alternatieve aanpak en sfeer van de nieuwe horeca gelegen-heden onderscheidt zich van de klassieke neo koloniale stijl en hebben zodoende een aantrek-kingskracht op de ‘nieuwe toerist’ maar nog meer mobiliseren zij een jongere generatie Cubanen. Zij die niet opgegroeid zijn met een levendige herinnering aan de revolutie, maar urenlang moeten wachten op transport. Zij die een Facebook pagina hebben, maar slechts sporadisch in kunnen loggen, zij die nog wel kunnen leven met de economische schaarste, maar die de permanente controle vanuit het regiem zat zijn. Deze jeugdige groep heeft de potentie dingen te veranderen, maar zijn tegelijkertijd een vat vol opgekropte woede. Het regiem probeert de Westerse jeugdcul-tuur buiten de deur te houden en dat zet kwaad bloed. Als er veranderingen komen, zullen zij daar zeker een rol in spelen.